Grenzen aan de accountantscontrole
Het accountantscontrolerisico is te visualiseren door middel van een formule. Dit heet de risicoanalytische controleaanpak. In dit artikel worden de formule en de hierbij behorende begrippen (zoals inherent risico, detectierisico, steekproefrisico en ontdekkingsrisico) uitgebreid behandeld alsmede het axiomatisch voorbehoud.
Accountantscontrolerisico
De algemene formule van het accountantcontrolerisico wordt als volgt weergegeven:
AC = IR x IC x DC
Tevens geldt:
DC = SR + OR
AC staat voor Accountantscontrolerisico. Dit is het risico dat de accountant te onrechte een goedkeurende controleverklaring verstrekt bij een jaarrekening of dat deze omissies van materieel belang bevat.
IR staat voor Inherent risico. Dit is de gevoeligheid van saldi of soorten transacties voor onjuistheden die, zowel afzonderlijk als tezamen met onjuistheden in andere saldi en transacties, van materieel belang zijn onder de veronderstelling dat daarop geen interne controlemaatregelen van toepassing waren. Dit zijn derhalve risico’s die bij het bedrijf horen.
IC staat voor Interne controlerisico. Dit is het risico dat onjuistheden die zich in saldi of soorten transacties kunnen voordoen en die, zowel afzonderlijk als tezamen met onjuistheden in andere saldi en transacties, van materieel belang kunnen zijn, niet tijdig worden voorkomen of ontdekt en hersteld door het stelsel van maatregelen van administratieve organisatie en interne controle. Dit is dus het risico dat een bedrijf wél maatregelen neemt, maar dat deze niet goed werken.
DC staat voor Detectierisico. Dit is het risico dat gegevensgerichte werkzaamheden van de accountant een onjuistheid, die bestaat in een saldo of soorten transacties en die, afzonderlijk of tezamen met onjuistheden in andere saldi of transacties, van materieel belang is, niet ontdekken. Dit risico kan door een accountant beïnvloed worden, bijvoorbeeld door meer werkzaamheden te verrichten zoals uitgebreidere steekproeven.
SR staat voor Steekproefrisico. Dit is het risico dat onjuistheden van materieel belang, die door de interne controle niet zijn ondekt en gecorrigeerd, ook door de bij accountantscontrole toegepaste deelwaarnemingen, niet worden ontdekt.
OR staat voor Ontdekkingsrisico. Dit is het risico dat onjuistheden van materieel belang, die door de interne controle niet zijn ontdekt (en gecorrigeerd), ook door de bij accountantscontrole toegepaste cijferanalyse niet worden ontdekt, bijvoorbeeld doordat een assistent niet ziet dat er iets fout is.
Het bovenstaande wordt ook wel de risicoanalytische controleaanpak genoemd. Een andere methode is volkomen controle. Hiervan wordt gesproken indien het plan voor de uitvoering van de accountantscontrole zodanig is opgezet, dat met die controle een rationeel doel wordt bereikt.
Het moge duidelijk zijn dat wanneer één van de elementen IR, IC en DC erg hoog is, het accountantscontrolerisico hiermee samenhangend enorm zal stijgen. Doel van een controle is uiteraard om het accountantscontrolerisico zo laag mogelijk te houden als (gezien bijvoorbeeld de kosten/baten) enigszins mogelijk is. Er dient dus een afweging gemaakt te worden in de verschillende soorten risico’s. Bij meer aandacht aan bijvoorbeeld het IR zal dit element een lager risico vertegenwoordigen (met een positieve invloed op het AC), maar zullen de IC en DC verhogen, doordat hier minder tijd aan besteed kan worden. De afwegingen behoren tot het profesional judgement.
Een accountant kan echter niet altijd overal aanwezig zijn en alle posten cijfer voor cijfer uitzoeken. Deze berperking heet het axiomatisch voorbehoud. Dit heeft betrekking op fouten in de jaarrekening die naar hun aard niet behoeven te worden ontdekt door de accountant in het kader van de jaarrekneingcontrole. De accountant kan dus niet aansprakelijk worden gesteld voor het afgeven van een onjuiste verklaring indien de oorzaak hiervan valt onder het axiomatisch voorbehoud. Die oorzaken kunnen zijn:
– De accountant kan niet deskundig zijn op elk gebied
– De accountant kan niet altijd en overal aanwezig zijn
– Er zijn feiten die niet uit de administratie blijken
– De accountant kan alleen de uiterlijke kernmerken van administratieve organisatie en interne controle waarnemen